Recensie Mahler 5 – Jeanette Vergouwen

Topprestatie Zeeuws Orkest met aparte combinatie

 

Jeanette Vergouwen-de Caluwe

 

Het Zeeuws Orkest heeft het zich niet gemakkelijk gemaakt door in het Novemberconcert 2022 Mozart en Mahler te combineren.  Ik herinner me dat ik heel lang geleden, toen het orkest nog voor meer dan de helft uit amateurmusici bestond, naar de St. Jacobskerk in Vlissingen ging waar het orkest de eerste symfonie van Mahler speelde. De gretigheid en de overgave van toen overrompelde me en ik was onder de indruk. Maar ik herinner me ook dat een symfonie van Mozart een paar jaar later verpruts werd. Het schortte aan gelijk samenspel en bovendien was de bezetting veel te groot, zodat Mozart troebel in plaats van helder over kwam.

Het Zeeuws Orkest maakte alles goed met een topprestatie. Het novemberconcert, met de combinatie Mozart en Mahler, en vooral de integere spannende interpretatie, is een topprestatie.

De in Salzburg geschreven symfonie nr. 25 in g van adolescent Mozart is een werk waarin zijn technische kwaliteiten geëtaleerd worden.  Geweldig klonken de syncopen en de afwisseling tussen stormachtige passages en de subtiele inbreng van de houtblazers, de modulaties en vooral ook het contrast in het menuet tussen de nostalgische melodielijnen en het heldere gespeelde trio.

Mede door de accuraat leidende Ivan Meylemans, werd dit werk verzorgd en goed gespeeld, het was een aangename interpretatie met mooie fraseringen en knap gelijk spel.

De droom van Ivan Meylemans om met het Zeeuws orkest de vijfde symfonie van Mahler te spelen werd ingewilligd. De grote bezetting met heel veel blazers en uitgebreid slagwerk en als extra instrumenten de zweep en de harp, maakte van het begin af indruk. Alle Mahlerkenmerken, zoals de onverwachte uitbarstingen, vreemde akkoorden en effectvolle en verstilde momenten, komen in deze symfonie uit. In de eerste symfonieën is de menselijke stem belangrijk (liederen van Mahler worden gezongen of verweven). Mahler grijpt in de vijfde terug naar de strikte vorm van de muziek. Het werk evolueert van de duisternis en droefheid naar blijdschap en licht.

Het Koninklijk Concertgebouw Orkest en de Filharmonie van Vlaanderen (nu ASO) staan bekend vanwege de Mahlerconcerten. Dat het Zeeuws Orkest nu kan bogen op de eerste uitvoering in Zeeland is op zich al een prestatie, maar dit aartsmoeilijke werk uitvoeren op niveau, is gewoon top.

Dat moeten repetities zijn geweest van bloed, zweet en tranen. Maar het loonde, want vanaf de Treurmars, met een geweldige inbreng van de trompetten, tot de triomfantelijke finale vol levenslust, zat de spanning erin. In het tweede deel kreeg het publiek een zicht op het paradijs na een stormachtig dynamisch begin. Dat beeld werd geschapen door de mooi strijkende celli en de heerlijke paukentonen. In het Scherzo met veel contrasten en het bekende Adagietto vielen het perfecte staccato van de strijkers op, de spetterende, soms nostalgische interventies van de blazers en de accuratesse van de slagwerkers. Het gevoel van rust en oneindigheid in het Adagietto bracht de sfeer van afscheid van het aardse en het ging perfect over naar het aarzelende begin van het slotdeel met daarna heerlijke interpellaties van fagot, hobo, klarinet en hoorn. Alles eindigde na een fugatisch knappe passage uitbundig en helder. Gewoon paradijselijk.